Het vinden van een sociale huurwoning is in de meeste gemeenten een helse klus. Wachtlijsten van 6 jaar of meer zijn geen uitzondering, ook in het Zuid-Hollandse Zoetermeer. En daarom hoor je overal het mantra: “Bouwen, bouwen, bouwen.” Maar, bouwen we ook de juiste woningen?
Honderdduizenden mensen in Nederland zitten vast in hun woning. De praktijk laat zien hoe ingrijpend dat kan zijn. Voor ons onderzoek naar de woningnood spreken we gescheiden ouders in minuscule sociale huurwoningen, die zo goed en zo kwaad als het gaat hun kinderen proberen onderdak te geven, terwijl ze jarenlang op zoek zijn naar een grotere woning. Voor de mensen die tevergeefs op zoek zijn naar net dat ene extra slaapkamertje voelt de situatie soms uitzichtloos.
Kippenhokken
We komen voor ons onderzoek in Zoetermeer terecht omdat daar een opmerkelijke nieuwbouwwijk is gelanceerd: ‘De Entree’. Een nieuwe wijk van 4.500 woningen moet een deel van het woningprobleem oplossen. En er komen ook sociale huurwoningen. Goed nieuws, zou je zeggen.
Volgens Mariëtte Heemskerk, directeur van woningbouwcorporatie De Goede Woning zitten er echter kanttekeningen bij dit project: “De sociale huurwoningen worden voor een groot deel door een private partij ontwikkeld. Over 15 jaar mogen deze woningen weer boven de sociale huurprijs verhuurd worden. Het is dus een kortetermijnoplossing. Daarnaast mogen de projectontwikkelaars kleine, relatief onaantrekkelijke woningen bouwen. Het gaat dan bijvoorbeeld om een- of tweekamerappartementen, of een driekamerappartement van 60m2. Die woningen zijn lang niet altijd geschikt voor de doelgroep die een sociale huurwoning nodig heeft, of moet doorstromen.”
Particuliere sociale huurwoning
En daar blijft het niet bij. Omdat de sociale huurwoningen soms door private partijen worden gebouwd, hoeven de woningen niet te voldoen aan sommige eisen waar sociale huurwoningen van corporaties wel aan moeten voldoen. Zo mogen makelaars de woningen zelf toewijzen aan woningzoekenden, zolang iemand maar niet teveel verdient.
Het bouwen van nieuwbouw, of het renoveren van gebouwen in de stad kost veel geld. Projectontwikkelaars willen daarbij best wat sociale huurwoningen bouwen, maar alleen als ze de woningen ook weer vrij snel mogen verkopen, of voor een hogere prijs mogen verhuren. Het argument: anders krijgen ze de totale kosten van een project niet gedekt.
De VVD in Zoetermeer ziet ook de positieve kanten van de constructie. “Alles wat gebouwd wordt, is mooi meegenomen”, aldus raadslid Jeffrey van Gils. Hij geeft aan dat het huidige Woningnet, dat woningen nu toewijst binnen de sociale huursector, ook niet perfect is. Ook verwacht hij dat als de woningen die nu gebouwd worden over 15 jaar voor een hogere prijs verhuurd mogen worden, het niet zo’n vaart zal lopen met de prijsstijging. “We moeten zorgen dat er over 15 jaar veel meer woning gebouwd zijn. Als er dan genoeg aanbod is, zullen de sociale huurwoningen die nu gebouwd worden niet ineens veel duurder hoeven te worden. Als dat niet zo is, hebben we te weinig gebouwd en landelijk gefaald.”
‘Dommer en armer’ is de angst
Maar er speelt nog iets mee in Zoetermeer. In een onderzoek naar de toekomst van de stad wordt een doemscenario geschetst: Zoetermeer wordt “armer en dommer”, zo omschreef de VVD het vorig jaar. Ook zou de bevolking steeds ouder worden. Omdat Zoetermeerders geen wooncarrière kunnen maken in de stad, trekken mensen met een groter budget weg, en blijven er relatief meer mensen met een lager inkomen over. Over het algemeen doen die ook een groter beroep op sociale voorzieningen van de gemeente. Dat kost geld.
En Zoetermeer heeft relatief gezien al behoorlijk veel sociale huurwoningen. De angst is dat als er nog meer bijkomen, de stad verder afglijdt. Al was het maar omdat er in de regiogemeenten rondom Zoetermeer ook niet heel veel sociale huurwoningen bijkomen en de mensen daar dus ook niet naar kunnen uitwijken.
Geen kortere wachtlijst
En dus rest er voor mensen die onderaan de wachtlijst staan voor een sociale huurwoning weinig hoop. “De wachtlijst wordt onmogelijk verkort als er landelijk niet meer wordt gebouwd. Daar ben ik eerlijk in. Je kan eisen stellen tot je een ons weegt, maar we hebben nu eenmaal meer huishoudens dan woningen. Dat geldt voor alle segmenten”, aldus VVD-raadslid Van Gils. Zijn partij blijft inzetten op meer bouwen.
De woningbouwcorporatie hoopt dat daar genoeg kwalitatief goede sociale huurwoningen tussen zitten. Alles door private partijen laten ontwikkelen heeft namelijk nog een negatief gevolg, aldus directeur Heemskerk. “Als private partijen zelf hun sociale huurwoningen mogen toewijzen en geen mensen met urgentie plaatsen, dan komen die dus allemaal bij ons terecht. We kunnen ze dan ook niet goed spreiden voor het sociale evenwicht in de wijk.”