Steeds meer starters willen in hun eigen dorp blijven wonen. Maar hoe doe je dat als er geen betaalbare woningen voor starters gebouwd worden? En als die paar huizen die op Funda staan, ver boven je budget zijn?
Starters in Dwingeloo willen dat de gemeente Westerveld, waar Dwingeloo onder valt, zich veel actiever met de bouw van woningen bezighoudt. Woningbouw moet je niet aan de markt overlaten, vinden zij. Marit Gorter, is zo’n starter. We spreken haar voor ons onderzoek ‘Starter zoekt bouwgrond’.
Marit: “Ik ben 27 jaar en ik woon nu 4 jaar in een particuliere huurwoning in Dwingeloo en wil heel graag de stap zetten naar een koopwoning. Ook omdat je wat wilt opbouwen als je richting de dertig gaat.” Maar vanzelf gaat dat allemaal niet, want het aanbod in het dorp houdt niet over. “Ik heb al mijn sociale banden in het dorp en wil daar gewoon blijven wonen, maar het is ontzettend lastig in een dorp als Dwingeloo waar sinds 2014 niet meer is bijgebouwd.”
Concurrentie van buitenaf
Je bent snel klaar als je het bestaande woningaanbod in het dorp bekijkt. Marit: “Als er vier huizen op Funda te koop staan, is het veel en de prijs van die woningen begint vaak bij ongeveer 6 ton. En als er een keer iets goedkoops te koop komt, dan springt iedereen daar bovenop. Ik ken heel veel mensen die in hetzelfde schuitje zitten.” Ook de concurrentie van mensen die van buiten de regio komen en die vaak al een koophuis hadden, wordt steeds meer voelbaar in het dorp. “Zij kunnen vaak flink overbieden vanuit hun overwaarde. Dat kun je als starter niet. Daardoor gaan ook woningen die qua prijs in het lagere segment zitten, alsnog voor heel veel geld weg.”
Toevallig wordt er, voor het eerst sinds tijden, een aantal woningen gebouwd op het terrein van een voormalige manege die gesloopt is. Pal tegenover het huis van Marit. Op het braakliggende terrein komen acht huurappartementen, vier vrijstaande kavels en een rijtje met eengezinswoningen. “Het rijtje met tussenwoningen, waarvan wij dachten dat het wel wat voor ons zou kunnen zijn, gaat casco voor 350 duizend euro kosten koper, dus dan moet je nog van alles erbij betalen. En een hoekwoning is 4 ton. Als alleenstaande starter kan je dat natuurlijk niet betalen.”
Binnen 5 jaar aan de slag
Geschrokken van die prijzen, trekt zij aan de bel bij de gemeente die op dat moment bezig is met het ontwikkelen van hun omgevingsvisie, een lange termijnvisie waarin de gemeente haar beleidsdoelen voor de fysieke leefomgeving vastlegt. In de ontwerpversie stond dat de gemeente van plan was om op de middellange termijn starterswoningen te gaan bouwen en de regie daarbij volledig aan de markt zou overlaten.
“Ik was het daar niet mee eens. Je moet er nú mee bezig gaan en als gemeente een veel grotere rol daarin pakken. Anders komen starters en ook senioren, want die zitten soms in hetzelfde schuitje, gewoon niet aan bod.” Marit dient haar zienswijze in op het ontwerpbesluit en spreekt in bij een raadsvergadering. Naar aanleiding daarvan wordt de omgevingsvisie aangepast. “Daarin staat nu dat de gemeente binnen 5 jaar aan de slag gaat met starterswoningen en woningen voor andere doelgroepen. Maar nu moet het ook nog echt tot uitvoering komen.”
Zelfbouw
Starters in dorpen blijven tegenwoordig graag in hun dorp wonen of willen er na hun studie terug keren. Dat blijkt ook uit onderzoek dat Marit voor haar studie sociale planologie deed naar krimpdorpen. “Als zij mogen kiezen, wil negen van de tien starters gewoon in het eigen dorp blijven wonen. Alleen wordt er niks gebouwd omdat de gemeente krimp verwacht, dus kunnen zij niet blijven.” Woononderzoeken voorspelden afgelopen decennium voor veel dorpen een krimp van de bevolking. Vooral starters zouden weg willen trekken. Maar nu de economische groei en het banenaanbod overal is gestegen, willen ook starters graag in dorpen (blijven) wonen.
De gemeente Dalfsen, waar Marit beleidsmedewerker ruimtelijke ordening is, speelt wel in op de vraag naar starterswoningen. De gemeente is actief in het aankopen van grond en ondersteunt ook mensen die door middel van zelfbouw hun eigen woningen willen ontwikkelen. “Er worden constant grondaankopen gedaan. Daardoor heeft de gemeente zelf invloed op de prijs van grond die zij verkopen en hoe duur de woningen worden. En wij werken daar actief samen met CPO’s (zelfbouwgroepen, red.) die worden begeleid door een extern bureau.
Ondertussen onderzoekt Marit samen met andere starters wat de mogelijkheden in haar eigen gemeente zijn om zelf woningen te bouwen. Zelfbouw is ook een manier om de bouwkosten relatief laag te houden. Marit: “De gemeente staat er wel voor open, maar zegt: kom maar met een stuk grond en een goed plan.” Haar gemeente heeft namelijk geen grond in eigen bezit en dus ben je als zelfbouwer overgeleverd aan een particulier die grond wil verkopen. En dat is vaak een ingewikkeld en langdurig traject. Marit: “Ik heb wat lijntjes lopen met grondeigenaren, maar het is heel lastig, want mensen hebben dollartekens in de ogen.”