Felix Kreier is kinderarts en werkt in het OLVG in Amsterdam. Hij schreef samen met zijn collega Maarten Biezeveld het boek De hamster in je brein over welke invloed je hersenen hebben op je gewicht. Felix begeleidt kinderen met overgewicht en hun ouders op medisch vlak. In dit blog deelt hij zijn ervaringen.
Blog 4: De tiener die het allemaal wel best vindt
Mare (15) stapt zelfverzekerd mijn spreekkamer binnen. Dit is een opgeruimde, zelfstandige tiener die zelf het woord voert en zich niks laat vertellen. Ik begroet haar en vraag wat ik voor haar kan doen. “Dat weet ik niet”, zegt Mare. “Ik ben doorverwezen door de huisarts, maar ik snap het probleem niet.” Ja, ze is misschien wat zwaar met haar 1 meter 56 en 78 kilo, zegt ze, maar ze voelt zich prima en heeft geen klachten.
Ik kijk naar haar medische gegevens: ze heeft een verstoord bloedvet (bloedvetten zijn bijvoorbeeld cholesterol en triglyceriden, red.) wat op termijn kan leiden tot hart- en vaatziekten. Ook is haar lever geïrriteerd, wat na een tijd de functie kan verminderen (net als bij het gebruik van veel alcohol, red.). Voor haar gezondheid is het belangrijk dat Mare gewicht verliest. Dat ziet ze zelf alleen niet zo; ze is blij met hoe ze is.
'Ik houd niet van sporten. Als ik klachten krijg, ga ik wel wat doen”
“Je bent doorverwezen omdat je te zwaar bent, daar moeten we iets aan doen voor je gezondheid”, zeg ik tegen Mare. “Waarom?”, vraagt ze. Ze benadrukt dat ze zich prima voelt en geen klachten heeft.
“Voor de lange termijn is het goed om een gezond gewicht te hebben”, leg ik uit. “Sorry, maar ik ga echt niet mijn hele leven omgooien”, besluit Mare. ”Ik vind het leuk om met vriendinnen op de bank te zitten en video’s te kijken en ik houd niet van sporten. Als ik klachten krijg, ga ik wel wat doen.”
De moeilijkste soort puber
Ik krijg drie soorten pubers met overgewicht tegenover me en dit is misschien wel de moeilijkste, want hoe zorg je dat een prima tevreden tiener iets gaat doen om te voorkomen dat ze later ziek wordt?
“Fijn dat je je goed voelt, Mare”, zeg ik. "Ik merk dat jij prima zelfstandig kan nadenken, dus ik geef jou gewoon feitelijke info. Te veel gewicht geeft je een grotere kans op suikerziekte, dan krijg je veel dorst en moet je veel plassen. Je lever kan ook problemen gaan geven en je kan andere klachten krijgen, zoals pijn aan je knieën en hart- en vaatziekten.”
Ze is wederom niet onder de indruk. Puberhersenen zijn nou eenmaal niet bezig met de lange termijn. “Hoe gaat op school?”, vraag ik dus maar. Dat gaat goed, vertelt ze. Haar cijfers zijn prima. “Stel je voor dat je nu huiswerk zou moeten maken voor een cijfer voor het einde van het jaar. Dit is hetzelfde, maar dan nog moeilijker.”
Ik dring niet tot haar door en mijn insteek is ook niet om haar over te halen. Ik merk dat het niet haalbaar is zonder haar waardegevoel te beschadigen en zo ver ga ik niet. Er zit niets anders op dan haar over te dragen aan het jeugdteam van de GGD (met leefstijlcoaching voor kinderen, red.) en aan te geven dat er nog geen motivatie is. Zij houden contact met haar. “Denk je wel na over wat ik je verteld heb?”, vraag ik Mare. Ze knikt en stapt even zelfverzekerd de spreekkamer uit als ze binnenkwam.
Felix Kreier is kinderarts. Uit privacy-overwegingen is de naam van Mare gefingeerd.